PLEIN AIR
de prachtige wereld van buiten schilderen
Je schildert, of misschien ook niet, en je wilt buiten gaan schilderen. Nooit eerder gedaan, maar op de een of andere manier voel je de roeping. Dus verzamel je je nieuw gekochte veldezel, je penselen en kleinere verftubes omdat je je goed hebt voorbereid en geen extra lading wilt dragen, en ga je naar een mooi, lokaal plekje om te schilderen. Het weer is geweldig, de vogels zingen, vlinders fladderen rond en je voelt je goed. Je bereidt je minipallet voor, drinkt snel een beetje water en bent klaar om te starten. Maar ojee, je hebt dit nog nooit eerder gedaan. Hoe begin je? Je hebt zoveel jaren ervaring, je kent je spullen, maar op de een of andere manier kom je vast te zitten met de warme bries rond je nek.
Herken je dit? Vertrouw me, je bent niet de eerste, of de enige, of de laatste die ontdekt dat het schilderen buiten heel anders is dan schilderen in je atelier.
In dit artikel hoop ik een beetje uit te leggen waarom dit gebeurt (je zult zien dat het best te verwachten is) maar meer over hoe je het beste uit het buiten schilderen kunt halen.
EEN BEETJE GESCHIEDENIS:
Buiten schilderen, of En Plein-Air zoals de Fransen het noemden, is niet zo oud als je zou verwachten. Het was allemaal te danken aan twee dingen. Allereerst de uitvinding van olieverf. Hoewel de 15de eeuw als de periode wordt gezien waar het gebruik van olieverf zou zijn begonnen was het veel vroeger dat de olie werd gebruikt om een verf te maken.
Verschillende grotschilderingen zijn gevonden met pigmenten verborgen in notenolie. Ook tijdens de middeleeuwse periode gebruikten monniken lijnolie voor hun boekschilderijen.
Het tweede was de uitvinding van een drager voor de olieverf, die in 1841 werd gedaan door de Amerikaanse schilder John Goffe Rand. Hij gebruikte een varkensblaas gecombineerd met glazen injectiespuiten om olieverf te vervoeren. Door zijn uitvinding ontstond er een heel nieuw gebied van schilderkunst.
Er wordt aangenomen dat het Pierre-Auguste Renoir was die zei: “Zonder verf in tubes zou er geen impressionisme zijn geweest.”
Klinkt logisch. Impressionistische schilders werden bekend om hun kleurrijke, wilde en, zoals de groep zijn naam kreeg, zeer impressionistische benadering. Veel impressionisten worden nu aangehaald door de uitspraak dat het belangrijkste doel van op deze manier te schilderen, was om een echte indruk te geven van dat specifieke moment van de dag, een poging wagen om dat ene, specifieke moment van de dag, waarin je dat wat je beschouwd, probeert te vangen met verf op je doek.
Eenieder van jullie, die de vreugde van het buiten zitten heeft ervaren en de uitdaging voelt om dat specifieke licht te vangen, de steeds veranderende kleuren, de temperatuur, en dit binnen een bepaald tijdsblok op doek probeert te zetten, zal dit herkennen.
Maar wat maakt het zo anders dan in een atelier werken? Het meest voor de hand liggende is natuurlijk dat je niet binnen bent maar buiten. Hoewel verwacht, kunnen de invloeden van buiten, de wind, de zon, de geluiden en natuurlijk de regen, een grote invloed hebben op hoe je zit te schilderen. In je atelier is het heel anders. Je kunt vrijwel alles aanpassen om je werkruimte zo aangenaam en constructief mogelijk te maken voor je werk. Probeer dit maar eens met die moeilijk te bereiken, rotsachtige plek achter een grote boom naast een rivieroever. En toch raken steeds meer schilders, wanneer ze de magie van het buiten schilderen hebben ontdekt, serieus verslaafd.
Om buiten te werken, kun je het beste elke verwachting over wat je kunt verwachten, wat het zal zijn of wat je wilt gaan schilderen, thuis laten. Waarom? Omdat het altijd anders zal zijn.
Zodra je een mooi plekje hebt gevonden, alle rondvliegende insecten die in je verf terecht komen hebt geaccepteerd, geleerd hebt om te beslissen wat je wilt schilderen, eindelijk overeengekomen bent of je gaat zitten of staan, Hoe je de kwasten het best binnen handbereik kunt houden, ontdek je al snel de ondraaglijke frustratie van het veranderende licht. Vertrouw me, zelfs op een mooie zonnige dag met een heldere blauwe hemel, zonder een briesje, zul je een steeds veranderend licht-landschap aan je voorbij zien trekken. Het schilderij dat je start zal nooit hetzelfde zijn als het werk dat zich aan het eind van je 'zit' aan je presenteert.
ENKELE PRAKTISCHE TIPS:
De huidige handelaren in kunstenaarsbenodigheden lijken tegenwoordig precies te weten wat je nodig hebt om je doel als artiest te bereiken. Was het maar zo eenvoudig. Sommige gadgets die er zijn, kunnen je buiten-schilder-ervaring inderdaad een stuk aangenamer maken. Maar maak niet de fout, en de kans is groot dat je dit toch doet of al gedaan hebt, om te denken dat een dure, ultramoderne uitrusting gelijk een garantie is voor geweldige schilderkunst. Mijn excuus voor deze vooringenomenheid, maar het is veel waarschijnlijker dat het uiteindelijk jouw ervaring, je doorzettingsvermogen en uithoudingsvermogen, zal zijn die voor mooie resultaten zal zorgen. Niettemin zijn sommige apparaten onvermijdelijk om buiten mee te werken.
Om te beginnen heb je een ezel nodig. En zelfs de noodzaak hiervan is te betwisten. Tegenwoordig kun je een lichtgewicht aluminium ezel kopen die gemakkelijk te dragen is. Ook kleine ezels van hout zijn prima in gebruik en je hebt de beroemde schilderdoos-ezels die je ezel combineert met je verfdoos. Handig maar een beetje zwaarder.
Dan is er de beslissing of je wilt staan of zitten. Voor mij is staan geweldig, maar zitten is fijner. Ik word snel moe in mijn benen wat het schilderproces niet ten goede komt. Daarom is een opvouwbare stoel handig en prima mee te nemen.
Neem voldoende vodden/katoenen lappen mee. Geloof me, gezien het feit dat je je penselen thuis moet schoonmaken, dat het ontzettend handig is om zoveel mogelijk van die lappen bij je te hebben. Handig om te bedekken, schoon te maken en uiteindelijk je kwasten in op te bergen wanneer je klaar bent met het schilderen in het veld.
Een ander ding om rekening mee te houden, is het bepalen waar je op wilt gaan schilderen en hoe je het wilt...en kunt...transporteren. In mijn omgeving is er een groep plein-air schilders (ze gaan er elke week op uit, ongeacht het weer) die op ingenieuze wijze een systeem gebruiken waarmee ze meerdere panelen in een doos schuiven. Hoe handig is dat. Ik raad je echter aan om een systeem te nemen (maken) dat geschikt is voor jou om je werk te vervoeren. Zelf bedacht ik een soort deksel voor het schilderij. Ik werk het liefst altijd op linnen. Ik plak een stuk canvas op een MDF-plaat en heb van een dunne plaat met verhoogde zijkanten een deksel gemaakt.
Dat brengt ons meteen bij een andere praktische tip: de grootte van je schilderij. Als je van plan bent om met de auto te gaan en je weet dat je dicht bij je auto blijft, is de grootte van je schilderij ongeveer zo groot als je auto aankan. Als je echter overweegt om een mooie wandeling te maken voordat je een goede plek vindt die elke vezel van je zijn zal omhelzen en je te verteld dat je dit echt moet gaan schilderen, zou het wellicht beter zijn een goede overweging te maken voordat je een doek van 1 bij 1 meter gaat gebruiken. Over het algemeen zijn panelen of canvas van kleine afmetingen gemakkelijk te dragen, gemakkelijk om mee te werken en gemakkelijker te hanteren. Ook omdat, laten we dit niet vergeten, het idee van ‘en plein-air’ is om een schilderij ter plekke te maken en ook te voltooien.
Tot zover praktische tips.
Nu enkele technische tips en suggesties.
Als je ooit de tijd hebt genomen om de impressionistische werken te onderzoeken, zul je snel merken dat er een specifiek gebruik van kleur is. Het is zelfs zo dat bepaalde kleuren in veel gevallen niet worden gebruikt.
Als je door het landschap loopt en naar de bomen, de nabijgelegen struiken, de heuvels in de verte en de verafgelegen dorpshorizon glundert, zul je als ervaren plein-air schilder meteen het verschillende palet van kleuren onderscheiden. Echter, als een typische studiokunstenaar vraag je je misschien af hoe die impressionisten tot die, soms extreme, kleurenkeuze kwamen. Om dit te begrijpen is het goed het volgende in acht te nemen. Vóór de 19e eeuw, tijdens de klassieke benadering van de schilderkunst, was het algemene aangenomen om de exacte, althans...voor zover er van exact gesproken kan worden...kleur van het object te schilderen om een meest overtuigende gelijkenis met de werkelijkheid uit te drukken. Omdat bijna elke kunstenaar in een atelier werkte en natuurlijk daglicht niet vanzelfsprekend was, is het niet verrassend om bijna alleen een kleurgebruik te zien dat we direct herkennen als het meest voor de hand liggende kleurenspectrum. Dit werd echter radicaal omgegooid door de kunstenaars die wij nu kennen als de impressionisten. Deze wisten, juist door naar buiten te gaan, te ontdekken dat door de verandering van het licht, de invloeden van atmosfeer, afstanden en vochtigheid, kleuren totaal kunnen veranderen en zich in een veel complexer spectrum aan ons oog blootgaven dan voorheen werd aangenomen. Bovendien zul je zien, wanneer je wat tijd neemt om buiten te zitten en een landschap in je opneemt, dat de kleuren inderdaad vibrerend en, belangrijker, niet zo conform zijn als je zou denken. De impressionist begreep dit door kleuren (opnieuw) te verdelen in warme en koude kleuren. Door deze kennis praktisch te gebruiken, begrijp je meteen waarom ze zoveel blauw en groen gebruikten voor schaduwen (koud) en felgeel, oranje en rood voor de meer zonnige en heldere delen (warm) in het schilderij.
Dus...wanneer je zelf de volgende keer op avontuur gaat om buiten te gaan schilderen, moedig ik je aan om hierin eens te experimenteren en ik moedig je nog meer aan om, voordat je met je schilderproces begint, enige tijd te nemen om gewoon te zitten en goed te kijken wat je nu eigenlijk ziet. Probeer voorbij het verwachte kleurenpalet te gaan, buiten dat wat je weet dat je ziet en verder dan wat je denkt dat je ziet. Neem gewoon waar en neem het in.
Buiten schilderen, ‘en plein-air’ is inderdaad een avontuur. Een ontmoeting tussen jou en wat je observeert, jij en wat jij denkt dat buiten jou is. Maar als je deze voorgeprogrammeerde overtuigingen loslaat en onschuldig observeert, zul je zien dat kleuren inderdaad meer zijn dan wat je tot dusver wellicht hebt gedacht.
Geïnspireerd? Ik hoop dat je naar buiten gaat en begint met het schilderen van wat je ziet. Laat het me weten.
Mocht je in de buurt zijn, Er zijn elke zomer weer diverse plein-air workshops.
Meer informatie is te vinden op www.schildercursusarnhem.nl